't Beloofde Land
Tekst & Muziek: Elly & Rikkert Zuiderveld
(Jesaja 40 : 6 - 8 en Johannes 10 : 1 - 22)

Laat me dromen, zei de dromer
Laat me zingen van 't beloofde land
En hij droomde heel de zomer
Tot de witte winter kwam
En met de sneeuw
En met de spreeuwen
Vervloog zijn droom
Met de vogels mee

Laat me vluchten, zei de zwerver
Laat me reizen naar 't beloofde land
En hij vluchtte naar de verte
Tot de grijze dood hem nam
En met de tijd
En met zijn eenzaamheid
Verdween zijn naam
Achter de horizon

Laat ons vechten, zei de keizer
Laat ons strijden voor 't beloofd eland
En hij streed met vuur en ijzer
En de aarde vloog in brand
En met zijn wapens
En met zijn waardigheid
Verloor de keizer
Alles wat hij had

Kom mijn schapen, zegt de Herder
'k Breng je naar 't beloofde land
Kun je niet alleen meer verder
'k Draag je naar de overkant
Kom dan bij me
Je bent de mijne
En Ik zal in je zijn
En jij in Mij
Kom dan bij Mij
In 't beloofde land

Alle vlees is als gras
Als een bloem in het veld
Het gras verdort, de bloem valt af
Als de wind van de adem des Heren erover glijdt
Maar het woord van de Here blijft tot in eeuwigheid
Niemand zal je roven uit Mijn hand

Jezus dan zeide nogmaals: Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u
Ik ben de deur der schapen. Allen die vóór mij gekomen zijn,
zijn dieven en rovers, maar de schapen hebben naar hen niet
gehoord. Ik ben de deur; als iemand door Mij binnenkomt, zal
hij behouden worden; en hij zal ingaan en uitgaan en weide
vinden. De dief komt niet dan om te stelen en te slachten
en te verdelgen; Ik ben gekomen, opdat zij leven hebben en
overvloed.
Ik ben de goede herder en Ik ken de mijne en de mijne kennen
Mij, gelijk Mij de Vader kent en Ik de Vader ken, en Ik zet
Mijn leven in voor de schapen. Nog andere schapen heb Ik,
die niet van deze stal zijn; ook die moet Ik leiden en zij zullen
naar mijn stem horen en het zal worden één kudde, één herder.

Staat op: Al je haren zijn geteld