Het Mensenbeest
Tekst & Muziek: Rikkert Zuiderveld

Het mensenbeest verheft zich
Boven alle andere schepsels
En stapt parmantig
Op twee hoge poten in het rond
Het voedt zichzelf
Met bier en koffie valium en strepsils
En wordt vaak aangetroffen
In gezelschap van de hond
't Is een bijzonder soort
Het baltst het hele jaar
En plant zich vrolijk voort

Het mensenbeest maakt holen
In betonnen blokkendozen
Daar nestelt het in kuddes
Tussen tafels en dressoirs
Ontstoken in verzameldrift
Voor al het nutteloze
Het graast in supermarkten
En op meubelboulevards
Van delft tot Amersfoort
Het baltst het hele jaar
En plant zich vrolijk voort

Het mensenbeest verplaatst zich
In blikken met vier wielen
Naar hoge glazen torens
Waar het worstelt met een scherm
Het werpt begerig blikken
Naar de wijfjes in de file
En leeggedronken blikken
Werpt het in de middenberm
Van Oss tot Europoort
Het baltst het hele jaar
En plant zich vrolijk voort

Het mensenbeest bedekt zich
Bij gebrek aan veel beharing
Met lappen en met huiden
Visgraatpak of jagershoed
Waarvan het zich ontdoet
Slechts ten behoeve van de paring
En het doosje om z'n pols
Vertelt precies wanneer iets moet
Ja het is ongehoord
Het baltst het hele jaar
En plant zich vrolijk voort

Het mensenbeest bezit iets
Wat de andere beesten missen
Dat is zijn bijkans
onbeperkte creativiteit
Het heeft het buskruit uitgevonden
En gevangenissen
En ook het woord waarmee het graag
Zijn medebeest bestrijdt
Of als het moet vermoordt
Het baltst het hele jaar
En plant zich vrolijk voort

Staat op: Reisverhalen